Gedurende 32 jaar was confrater Johannes Maria IJzermans socius in Diest. Bij zijn afscheid als assistent in de vorming en opleiding van jonge kruisheren in 1932 werd een foto genomen.
Op de foto
We herkennen de volgende kruisheren die toen in Diest in opleiding waren:
Zittend (vlnr.): Polydore Carremans (tweede jaar theologie), Jan IJzermans (socius), Adriaan Verhofstadt (novicenmeester), André Creemers (derde jaar theologie) en Jaak Opdekamp (tweede jaar theologie).
Staand achter (vlnr.): Jef Hendrix (uit Maaseik, tweede jaar filosofie), Albert Lantin (novice), Louis Truyen (eerste jaar filosofie, uitgetreden in 1954), Marcel Colson (novice), Martin Hoeven (tweede jaar theologie), Rob Carremans (tweede jaar filosofie), Severinus Meuffels (tweede jaar filosofie, uitgetreden na de tijdelijke professie in 1934), Clem Kusters (eerste jaar filosofie), Jules Dock (eerste jaar filosofie), Mathieu Vinken (tweede jaar theologie), André Ramakers (novice), Felix Schollen (tweede jaar filosofie), Lambert Dieben (eerste jaar theologie), Theo Paumen (tweede jaar filosofie), Sef Wagemans (novice), Piet Coolen (eerste jaar theologie), Piet Ramakers (eerste jaar theologie), Stan Convents (tweede jaar theologie), Jef Claessens (eerste jaar theologie), Jef Hendrix (uit Helchteren, novice) en Jan Hoogmartens (eerste jaar theologie).
Kruisheer IJzermans
Joannes Maria IJzermans werd geboren in Vlaardingen (Zuid-Holland) op 18 januari 1860 als zoon van Cornelis IJzermans (geboren 01-04-1825, overleden 16-01-1905) en Anna Maria Cramer (geboren Amsterdam, 25-10-1831, overleden Vlaardingen, 29-08-1897). Hij ging naar het kleinseminarie in Culemborg, dat onder leiding stond van jezuïeten (1875-1877), en daarna volgde hij private lessen bij rector A. Van de Berg in Uden (1877-1880).
Hij trad in de Orde van het H. Kruis in St. Agatha op 19 september 1880. De tijdelijke professie deed hij in St. Agatha op 19 september 1881. In 1881-1882 studeerde hij wijsbegeerte in St. Agatha en van 1882 tot 1885 theologie, eveneens in St. Agatha. Op 27 september 1884 werd hij plechtig geprofest in St. Agatha. Mgr. P.H. Snickers wijdde hem op 16 augustus 1885 in Utrecht tot priester.
Op 1 februari 1888 ontving hij een benoeming voor het klooster van Diest. Hij las van toen af aan tot in 1912 in de kerk van Onze-Lieve-Vrouw mis in de week om 10.00 uur en op zon- en feestdagen om 11.00 uur. Hij was tijdelijk novicenmeester van 30 april 1899 tot 25 september 1899. Socius van de magister spiritualis en van de novicenmeester was hij van 25 september 1899 tot in oktober 1932.
Tevens was hij belast met de verzending van de gewijde rozenkransen. De kruisheren hadden het privilege een aflaat van 500 dagen aan de rozenkrans te hechten. Onder Pius X werd dit privilege ingetrokken.
Op 19 september 1930 vierde hij zijn gouden kloosterjubileum en op 16 augustus 1935 zijn gouden priesterjubileum. Op 19 september 1940 vierde hij zijn diamanten kloosterjubileum en op 16 augustus 1945 zijn diamanten priesterjubileum. Hij overleed in Diest op 1 april 1946 en werd begraven op het nieuwe kerkhof van Diest.
Een levensschets
In de necrologie op het bidprentje schreef kruisheer Vinken: “Stil, haast zonder op te vallen, is ’t voorbijgegaan: dit lange leven van meer dan 60 jaar priester en bijna 70 jaar kloosterling. Hooge ambten heeft Mr. IJzermans in zijn Orde nooit bekleed; indrukwekkende werkzaamheden heeft hij er niet verricht. Zijn leven droeg den stempel van den eenvoud, (…). Altijd, tot hij niet meer kon, ’t koorgebed en alle andere religieuze oefeningen meedoen; nooit, tot op zijn laatste dagen ’n uitzondering willen maken op de kloosterlijke dagorde; steeds met dezelfde goedige opgeruimdheid ten dienste staan van Overste en confraters; zoo dat was zijn leven. Veertig jaar was hij Socius bij de jonge Scholastieken; hij stichtte hen door zijn voorbeeld en won aller harten door zijn beminnelijkheid. (…)”